HOME
burgers en stoommachines
1800 - 1900
Introductie
De kostscholen
Bijdorp en het kloosterleven
De familie Treub
De zilverfabriek
De bollencultuur
De spoorlijn
Bijdorp, in de zestiende eeuw een boerenhofstede, is later uitgegroeid tot aanzienlijke buitenplaats. Het had als laatste particuliere bewoners het echtpaar Johannes F. Fahrensbach en zijn vrouw Lucia Fahrensbach-Kervel. Na de dood van de heer des huizes in 1876 verkocht de weduwe op aanraden van de pastoor het buiten aan de Congregatie van de H. Catharina van Siena, behorend tot de Derde Orde van de H. Dominicus. De financiering kwam vanuit het bisdom. De nieuwe bewoonsters zusters Dominicanessen, wijdden het oude landhuis aan Onze Lieve Vrouwe, Koningin van de Rozenkrans. Waar de zusters zich aanvankelijk bezighielden met de wijkverpleging, werd allengs meer tijd en ruimte ingeruimd voor onderwijs. In 1878 werd het pensionaat voor jonge meisjes van deftige stand opgericht. Het nieuwe gebouw werd opgeleverd in 1880. In de laatste twee decennia van de 19de eeuw zou het jonge instituut uitgroeien tot een aanzienlijk complex en werd Huize Bijdorp officieel het Moederhuis van de Congregatie in heel Nederland. De in 1882 gebouwde kleine kapel werd in 1895 alweer vervangen door een veel groter bouwwerk.
Lees verder
Voor de novicen ofwel de nieuwelingen in proeftijd, het ‘noviciaat’ werd in 1887 een nieuwe vleugel gebouwd. Het onderwijs door de zusters zou met zijn tijd (en de Onderwijswet) meegaan. In 1938 werd de school voor deftige jongedames een gewone MMS (Middelbare Meisjesschool), waarvoor alweer een nieuwe vleugel werd opgericht. In 1972 sloten de MMS en het noviciaat de deuren. De vrijkomende gebouwen zouden in gebruik worden genomen door de zusters zelf, na verbouwing tot appartementen en door het Lucascollege, inmiddels opgegaan in het Vlietland College. Oud Bijdorp is tegenwoordig een kloosterverzorgingshuis voor zusters en andere mensen.
Tot het omvangrijke complex horen naast het washuis ook de parkaanleg om de gebouwen heen, met de beelden van de H. Dominicus en de oude schooltuin, maar ook een bijzonder agrarisch ensemble, bestaande uit een koestal, varkensschuur, paardenstal en koetshuis. Deze agrarische gebouwen brengen ook het oude landgoed nog in herinnering, in vroeger tijden vaak een combinatie van landhuis en boerderij.
Een donkere periode van het klooster was de Tweede Wereldoorlog toen eerst in 1942 de voortuin en een jaar later ook de gebouwen door de Duitse bezetter gevorderd werden. Het onderwijs ging door, zij het verspreid over diverse locaties. De nieuwe vleugel uit 1937 werd als gevolg van een brand, veroorzaakt door de sigaret van een Duitse soldaat, in 1942 vrijwel geheel onbruikbaar en werd pas na de oorlog in versoberde vorm weer opgebouwd.
Bijdorp en het kloosterleven
Canon van Voorschoten